Dordrecht is klaar voor een andere vorm van wonen.

Toekomstige bewoners aan het woord:

Marianne

“Waarom coöperatief wonen mij aanspreekt: ik wil meer gemeenschappelijk en op een duurzame wijze wonen; minder vierkante meters per huishouden door meer gemeenschappelijke voorzieningen als was-/atelier/werkruimten, tuin en delen van auto. Bovendien als uitgangspunt een vaste reële huurprijs, niet geënt op winstbejag. Invloed op de manier van bouwen, anders dan de huidige standaard bouw, en daarmee tevens de “voetafdruk” verkleinen. En bovenal meer kunnen zijn dan alleen maar buren. Elkaar kunnen inspireren om iets te doen, bijvoorbeeld theater bezoeken, gewoon lekker koffie drinken, samen koken en eten.”

Gerda

“Het leuke van coöperatief wonen vind ik het idee dat je samen met anderen iets maakt van je wonen en leven. Niet ieder voor zich zijn eigen huisje-boompje-beestje, maar dat ook deels delen met elkaar. En betrokken zijn bij elkaar. Af en toe samen eten of een bak koffie doen. Waar nodig voor anderen iets doen. En dan wel een groep mensen van alle leeftijden, kleur, achtergrond, opleiding, leefvorm, en noem maar op. Lekker divers. Dat maakt het leven een stuk mooier. En zo divers zou de gemeente dus ook meer moeten bouwen. Niet alleen de standaard van ieder z’n huis, maar ook meer bouwen voor andere woonbehoeften zoals groepswonen. Daarom zet ik me hiervoor in.”

Rien

“Om twee redenen. Ik woon alleen in een best groot huis. Als ik nog een keer verhuis, wil ik graag op een plek terecht komen waar je samen je directe omgeving vorm geeft, samen dingen onderneemt en waar je een beetje op elkaar let. Kortom een plek voor collectief wonen. Met het bouwen van een complex voor een wooncoöperatie wordt hierin voorzien. Maar ook andere vormen van collectief wonen zijn mogelijk.

In het verlengde daarvan: op dit moment is er daarvoor nauwelijks aanbod. Er worden voornamelijk standaard eengezinswoningen en appartementen gebouwd voor ‘de markt’. Ontwikkelaars bouwen voor het veilige midden, de gemeenten biedt beschikbare locaties zonder nadere voorwaarden aan. Voor huurwoningen net boven de sociale sector komt er daardoor geen aanbod. Of de huur wordt erg hoog, en/of de woningen worden na pakweg 5 jaar uitgepond en verdwijnen als koopwoning van de huurmarkt. Het zou mooi zijn als er meer ruimte ontstaat voor burgerinitiatieven voor collectief wonen, en als ook de gemeente hier beleid op voert om ook deze burgers helpt met het realiseren van hun woonwensen. Voor ouderen geldt daarbij ook dat de gemeente hen kan verleiden om hun woning voor andere woningzoekenden beschikbaar te laten komen. Het is mooi om er aan bij te kunnen dragen om een dergelijke ontwikkeling van de grond te krijgen, ook vanuit mijn achtergrond in het bouwen en ontwikkelen van woningen en als beleidsmedewerker bij de gemeente.

Pieter (geen toekomstige bewoner, wel initiatiefnemer)

“Mijn hele leven heb ik bij de gemeente (Dordrecht) gewerkt, en ik ben in allerlei functies veel met het goed wonen van de inwoners bezig geweest. Vooral de relatie geschikte woning – huishoudensituatie – inkomen was voor mij belangrijk. Zo “vocht” ik met anderen voor betaalbare eengezinswoningen, waar stedenbouwkundig etagebouw vaak wenselijker werd gevonden.

Nadat ik gepensioneerd ben, heb ik een lezing van een voormalig directeur van de dienst waar ik werkte, stadsontwikkeling, over coöperatief wonen bijgewoond in een galerie aan de Kuipershaven. Dat sprak me erg aan: betaalbaar, naar eigen vormgeving, zelfbeschikking over het pand, en daarbij gericht op de toekomst wat kosten en milieu betreft.

De spreker, Peter Kuenzli, waarmee ik vooral tijdens het werk aan Stadswerven een goede band had opgebouwd – we gaven samen vorm aan het individueel bouwen daar – zei aan het eind tegen me: Pieter, dat is wel iets voor jou om op te zetten, een woningcoöperatie. Twee jaar later heb ik dat samen met anderen gedaan en sindsdien, nu ruim 3 jaar geleden, proberen we dit vorm te geven. Ook Peter sloot zich aan..

Nu , een paar jaar later, blijkt dat er behoorlijk animo onder anderen, vaak mensen tussen 50 en 70, is om aan zo’n coöperatie mee te doen. De medewerking vanuit de overheden valt echter tot nu toe zwaar tegen. Waar wel begrip en soms zelfs enthousiasme bestaat, is van feitelijke medewerking – zo hebben we een gebouw of een stuk grond nodig, tot nu toe geen sprake. We proberen echter nog steeds door en op te zetten, in belangrijke mate door de grote inzet van andere mensen die hierin dolgraag willen wonen!